Ongeveer zo lang als ik leef, en dat is best al een tijdje, associeerde ik jazz als een tikje zenuwachtig genre muziek. Ik dacht dat het iets was voor experts, mensen die er verstand van hebben en er heel andere dingen in horen dan ik. Als je oude YouTube jazz filmpjes bekijkt, dan herleeft niet alleen het zwart-wittijdperk, ook word je vaak meegenomen naar slecht verlichte zaaltjes waar trompettisten compleet in zichzelf gekeerd en met gesloten ogen nerveuze klanken uitstoten waar ik, amuzikale dombo, me enorm bij buitengesloten voel. Het publiek in de zaal niet. Dat ziet kans om, eveneens met gesloten ogen, moeilijk te kijken en tegelijkertijd uit te stralen dat ze begrijpen wat ze horen en er collectief mee instemmen dat de wereld een verdomd moeilijke plaats is om in te leven, maar zo onvoorstelbaar mooi.
Gewend aan jazzmuziek luisteren
Ik dacht ook altijd dat je met jazzmuziek opgegroeid moest zijn. Dat het waarderen ervan je min of meer in de genen moet zitten en dat het naar behoren genieten daarom niet voor mij was weggelegd. Volgens mij hadden mijn ouders helemaal niets met jazz. Ze bezochten immers nooit slecht verlichte zaaltjes en keken zelden moeilijk als ze naar muziek luisterden. Wel floot mijn vader altijd luid mee met What a Wonderful World van Louis Armstrong. En iedere keer als ze het nummer draaiden tijdens de Arbeidsvitaminen vroeg mijn moeder steevast hoe die zanger ook alweer heette om daarna een paar keer te kuchen alsof de kikker in de keel van Armstrong daarmee weg zou gaan. What a Wonderful World vind ik zelf trouwens nog steeds een wereldse hit, maar ik schaarde het nooit onder jazz. Daar was het een veel te melodieus nummer voor. Toch?
Een jazzband in een restaurant
‘Je komt toch wel gezellig even langs?’ vroeg Caroline Bijl van Fresh Jazz Agency. Ze vertelde over haar bureau Fresh Jazz Agency en het restaurant dat bij haar jazz musici had geboekt. Kijk, koffiedrinken in zo’n restaurant kan natuurlijk altijd en wie weet zou ik nog overstag gaan voor een glas wijn en een borrelplankje. Toegegeven, de menukaart trok me eerder over de streep dan de zondagmiddagmuziek. Enfin, zo besloot ik, voor Caroline had ik wel een uurtje luisteren naar nerveuze klanken over.
De tekst gaat verder onder de video
Zoveel soorten jazzmuziek
Het duurde nog geen twee minuten voordat ik ‘om’ was. En niemand in het restaurant sloot zijn ogen, althans niet zoals uit de zwart-wit YouTube-filmpjes. Want ik zag tijdens verschillende optredens bijvoorbeeld het Floor Polder Trio en ook heb ik een keer genoten van QBOA, om er maar eens twee te noemen. En al wist ik dat jazz veel verschillende gezichten heeft, toch verrast het me dat ook dit jazz is. Heerlijke muziek die het tegenovergestelde is van nerveus.
Easy jazz, een beetje Zuid-Amerikaans, solo jazz, jazz duo, jazz trio of een hele jazz band; het heeft allemaal hun eigen kenmerk en ik weet nu dat je er niet voor doorgestudeerd hoeft te zijn om te genieten van de muziekstijl. Eerlijk gezegd kijk ik uit naar het moment dat er weer eens live jazz muziek te beluisteren is. Die borrel staat dan niet meer op de eerste plaats. Jazz wel.
Caty Groen

*Caty Groen is een bekende journalist, columnist en schrijfster van non-fictie boeken als ‘Blijf Maar!’ , ‘Twittercop in Dordrecht’ en fictieboeken als de Rick Benson detectivereeks. Caty is tevens oprichter van de website Hallo Dordrecht.